Vertalingen desinflar ES>NL
I desinflar
werkw.
sacar el aire de un objeto -
laten leeglopen desinflar la rueda - de band laten leeglopen |
II desinflarse
werkw.
Uitspraak: | [desin'flaɾse] |
perder el ánimo o la energía -
moedeloos worden El boxeador se desinfló en el segundo asalto. - De bokser werd moedeloos in de tweede ronde. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
desinflar | leeg laten lopen |
Bron: Trueterm
Voorbeeldzinnen met `desinflar`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
ES: deshincharES: desinflamarse