Vertalingen cazuela ES>NL
la cazuela
zelfst.naamw.
1) recipiente de barro para guisar alimentos, de base circular y poca profundidad culinair -
stoofpan Guisó el conejo en la cazuela. - Hij liet het konijn gaar worden in de stoofpan. |
2) guiso hecho en este recipiente, generalmente con carne y legumbres culinair -
stoofschotel cazuela de marisco - stoofschoten met schaaldieren |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
la cazuela (v) | de bakpan ; de braadpan ; de koekenpan ; de stoofschotel |
cazuela | schaal ; schotel |
Bronnen: interglot; De Spaanse keuken
Voorbeeldzinnen met `cazuela`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
ES: cacerolaES: calderónES: cazoES: estofadoES: marmitaES: ollaES: olla a presiónES: ollitaES: poteES: puchero