Vertaal
Naar andere talen: • bombardear > DEbombardear > ENbombardear > FR
Vertalingen bombardear ES>NL

bombardear

werkw.
Uitspraak:  [bombaɾ'ðeaɾ]

1) disparar o arrojar proyectiles explosivos defensie - beschieten
Los soldados bombardearon la ciudad. - De soldaten beschoten de stad.

2) hostigar con algo - bombarderen
Bombardeó al acusado con preguntas. - Hij bombardeerde de verdachte met vragen.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
bombardear (ww.) beschieten (ww.) ; bestoken (ww.) ; bombarderen (ww.) ; inpepering (ww.) ; inwrijving (ww.) ; vanuit de lucht beschieten (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `bombardear`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: ametrallar
ES: cañonear
ES: cantarle la cartilla a alguien