Vertalingen accesorio ES>NL
I accesorio, -ria
bijv.naamw.
1) que depende de lo principal o se le añade -
bijbehorend | Todos esos libros son bibliografía accesoria en relación a tu tesis. - Al die boeken zijn bijbehorende literatuur met betrekking tot je proefschrift. |
2) que no es necesario -
bijkomstig | Para hacer economía eliminaremos de la lista de compra todas las cosas accesorias. - Om te bezuinigen, zullen we alle bijkomstige dingen van de aankooplijst schrappen. |
II el accesorio
zelfst.naamw.
1) herramienta auxiliar de una máquina -
onderdeel | Compramos un electrodoméstico con muchos accesorios. - We hebben een huishoudelijk apparaat met veel toebehoren gekocht. |
2) elemento que completa un conjunto no siendo esencial al mismo -
accessoire | accesorios de belleza - schoonheidsbenodigheden |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| el accesorio (m) | het hulpstuk |
| el accesorio | het toebehoor |
| accesorio | accessorisch ; hulpstuk ; hulpwerktuig ; meegeleverd ; opzetstuk ; toebehoren ; toegevoegd |
Bronnen: interglot; Diving dictionary; Download IATE, European Union, 2017.; Wikipedia; Omegawiki.org
Voorbeeldzinnen met `accesorio`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
ES: adicionalES: de importancia secundariaES: de interés secundarioES: de poca montaES: desdeñableES: marginalES: menos importanteES: secondarioES: secundarioES: sin importancia