Vertaal
Naar andere talen: • infringir > ENinfringir > FRinfringir > NL
Vertalingen infringir ES>DE
infringir (ww.) befehlen (ww.) ; durchführen (ww.) ; durchsetzen (ww.) ; erzwingen (ww.) ; forcieren (ww.) ; gebieten (ww.) ; Gewalt gebrauchen (ww.) ; pressen (ww.)
infringir abweichen ; nicht befolgen ; verletzen ; zuwiderhandeln
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.; Trueterm


Voorbeeldzinnen met `infringir`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: acometer
ES: agraviar
ES: arrebatar
ES: asaltar
ES: asediar
ES: atacar
ES: atracar
ES: avanzar
ES: compeler
ES: desobedecer