Vertalingen widen EN>NL
to widen | expanderen (ww.) ; openen (ww.) ; optrompen (ww.) ; uitbouwen (ww.) ; uitdijen (ww.) ; uitzetten (ww.) ; verbreden (ww.) ; verbreiden (ww.) ; vermeerderen (ww.) ; verruimen (ww.) ; verwijden (ww.) ; wijder maken (ww.) |
the widen | de vergroting (v) ; wijd worden (znw.) |
widen | verbreden |
Bronnen: interglot; Vlietstra; A.M.T.S.
Voorbeeldzinnen met `widen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
EN: become widerEN: enlargeEN: expandEN: make widerEN: thicken