1 (not usually of boys and men) pleasing or attractive: “a pretty girl/tune/picture/dress.”
mooi

2 used jokingly: “This is a pretty mess!”
mooi
rather: “That's pretty good”
vrij

'prettily (Bijwoord)

mooi

'prettiness (Zelfstandig naamwoord)

schoonheid

pretty much the same

more or less the same, alike etc.
min of meer hetzelfde, gelijk

pretty well

nearly: “I've pretty well finished.”
zo goed als
© K Dictionaries Ltd.

pretty

charmant ; welgevallig ; welgemaakt ; tamelijk ; snoezig ; snoeperig ; schoon ; schattig ; redelijk ; nogal ; mooi ; gracieus ; goed ogend ; fraai ; bevallig ; behoorlijk ; attractief ; allerliefst ; aanvallig ; aantrekkelijk ; aanlokkelijk ; aardig ; vrij ; vriendelijk ; lief ; knap ; keurig ; beminnelijk

Bronnen: interglot; MWB; Engoi Woordenschatoefeningen; Wakefield genealogy pages




EN: good-looking

EN: a pretty mess NL: 'n mooie boel
EN: a pretty penny NL: een aardig centje
EN: my pretty! NL: schat!
EN: pretties NL: mooie dingen
EN: he came, and pretty quick NL: hij kwam en maar wat gauw
EN: this is pretty much the same NL: dat is zo goed als (vrijwel) hetzelfde
EN: pretty(o.s.) up NL: z. opmaken