Vertalingen export EN>NL
to send (goods) to another country for sale: “Jamaica exports bananas to Britain.”uitvoeren1 the act or business of exporting: “the export of rubber.”uitvoer2 something which is exported: “Paper is an important Swedish export.”uitvoerartikel'expor'tation (Zelfstandig naamwoord)uitvoerex'porter (Zelfstandig naamwoord)a person who exports goods: “His father was a tobacco exporter.”exporteur© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
to export | exporteren (ww.) ; uitvoeren (ww.) |
the export | de export (m) ; de uitvoer (m) |
export | export ; uitvoer |
Bronnen: interglot; Vlietstra; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `export`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
EN: exports