Vertaal
Naar andere talen: • convict > DEconvict > ESconvict > FR
Vertalingen convict EN>NL
to prove or declare (someone) guilty: “She was convicted of theft.”
veroordelen
a person serving a sentence for a crime: “Two of the convicts have escaped from prison.”
gevangene

con'viction (Zelfstandig naamwoord)

1 the passing of a sentence on a guilty person: “She has had two convictions for drunken driving.”
veroordeling

2 (a) strong belief: “It's my conviction that he's right.”
overtuiging
© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
to convict dwangarbeider (ww.) ; gedetineerde (ww.) ; gestrafte (ww.) ; gevangene (ww.) ; tuchthuisboef (ww.) ; verdoemde (ww.) ; veroordeelde (ww.) ; veroordelen (ww.) ; verwezene (ww.) ; vonnis uitspreken (ww.) ; vonnissen (ww.)
convict schuldig bevinden
Bronnen: interglot; Wakefield genealogy pages


Voorbeeldzinnen met `convict`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
EN: criminal
EN: old lag
EN: prisoner