Vertalingen boasting EN>NL
the boasting | de bluf (m) |
boasting | brallerig ; de branie (m) ; de bravoure ; de dikdoenerij (v) ; het gebral ; het gepoch ; grootsprakerig ; opschepperig ; de opschepperij (v) ; pocherig ; snoevend ; de snoeverij (v) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `boasting`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
EN: grandiloquent