Vertalingen befit EN>NL
to befit | behoren (ww.) ; conveniëren (ww.) ; deugen (ww.) ; geschikt zijn (ww.) ; passen (ww.) ; passend zijn (ww.) ; uitkomen (ww.) |
befit | betamen ; horen ; voegen |
Bronnen: Wakefield genealogy pages; interglot
Voorbeeldzinnen met `befit`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
EN: be right