Vertalingen amuse EN>NL
1 to make (someone) laugh: “I was amused at the monkey's antics.”amuseren2 to interest or give pleasure to (for a time): “They amused themselves playing cards.”vermakena'musement (Zelfstandig naamwoord)1 the state of being amused or of finding something funny: “a smile of amusement.”plezier2 an entertainment or interest: “surfing and other holiday amusements.”vermaaka'musing (Bijvoeglijk naamwoord)rather funny or humorous: “an amusing story.”vermakelijka'musingly (Bijwoord)vermakelijk© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
to amuse | amuseren (ww.) ; bezig houden (ww.) ; iemand amuseren (ww.) ; verlustigen (ww.) ; vermaken (ww.) |
amuse | onderhouden ; opvrolijken |
Bronnen: Wakefield genealogy pages; interglotVoorbeeldzinnen met `amuse`

Voorbeeldzinnen laden....