Vertaal
Naar andere talen: • view > DEview > ESview > FR
Vertalingen view EN>NL

1 (an outlook on to, or picture of) a scene: “Your house has a fine view of the hills”
uitzicht, gezicht

2 an opinion: “Tell me your view/views on the subject.”
opvatting

3 an act of seeing or inspecting: “We were given a private view of the exhibition before it was opened to the public.”
bezichtiging
to look at, or regard (something): “She viewed the scene with astonishment.”
bekijken

'viewer (Zelfstandig naamwoord)

1 a person who watches television: “This programme has five million viewers.”
kijker

2 a device with a magnifying lens, and often with a light, used in viewing transparencies.
viewer

'viewpoint (Zelfstandig naamwoord)

a point of view: “I am looking at the matter from a different viewpoint.”
gezichtspunt

in view of

taking into consideration; because of: “In view of the committee's criticisms of him, he felt he had to resign.”
gezien

on view

being shown or exhibited: “There's a marvellous collection of prints on view at the gallery.”
te bezichtigen

point of view

a way or manner of looking at a subject, matter etc: “You must consider everyone's point of view before deciding.”
gezichtspunt
© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
to view inzicht (ww.) ; opinie (ww.) ; oordeel (ww.) ; oogpunt (ww.) ; observeren (ww.) ; mentale voorstelling (ww.) ; meningsuiting (ww.) ; mening (ww.) ; lezing (ww.) ; kijken (ww.) ; keuren (ww.) ; opvatting (ww.) ; invalshoek (ww.) ; interpretatie (ww.) ; inspecteren (ww.) ; idee (ww.) ; gezichtspunt (ww.) ; gezichtshoek (ww.) ; gadeslaan (ww.) ; facet (ww.) ; examineren (ww.) ; vaststaande mening (ww.) ; zienswijze (ww.) ; zienswijs (ww.) ; zien (ww.) ; weergeven (ww.) ; waarnemen (ww.) ; vue (ww.) ; visie (ww.) ; verreikend uitzicht (ww.) ; vergezicht (ww.) ; doorkijk (ww.) ; uitzicht (ww.) ; tonen (ww.) ; standpunt (ww.) ; schouwen (ww.) ; prospect (ww.) ; perspectief (ww.) ; panorama (ww.) ; overtuiging (ww.) ; opzicht (ww.) ; denkbeeld (ww.) ; aanblikken (ww.) ; aankijken (ww.) ; aanschouwen (ww.) ; aanzicht (ww.) ; aanzien (ww.) ; aspect (ww.) ; begrip (ww.) ; bekijken (ww.) ; benul (ww.) ; bezichtigen (ww.) ; bezichtiging (ww.) ; bezien (ww.) ; controleren (ww.)
the viewhet beeld ; de aanblik (m) ; het gezicht ; de gezindheid (v) ; de weergave ; de kijk (m) ; de zicht
view aanzicht op tekening ; air ; beschouwen ; blik ; blikken ; gezichtsvermogen ; kijken naar ; optiek ; opvatten ; schijn ; schouwspel ; subschema ; toekijken ; toezien ; uiterlijk ; verschijning ; voorkomen ; weergeven, tonen ; zien ; aanzicht in de zin van 'zicht'
Bronnen: interglot; KDE opensourcesoftware; Wakefield genealogy pages; Vlietstra; Autowoordenboek; MWB; Download IATE, European Union, 2017.; kde.nl/node/386


Voorbeeldzinnen met `view`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
EN: attitude
EN: belief
EN: check
EN: display
EN: estimation
EN: judgment
EN: landscape
EN: outlook
EN: panorama
EN: picture

Uitdrukkingen en gezegdes
EN: have views upon NL: 'n oogje hebben op
EN: in view NL: in het gezicht NL: zichtbaar
EN: in view of NL: gezien, in aanmerking genomen
EN: have in view NL: op het oog hebben
EN: on view NL: te kijk, te bezichtigen NL: ter controle
EN: leave out of view NL: buiten beschouwing laten
EN: to the view NL: openbaar
EN: with the view of NL: met de bedoeling om
EN: with a view to NL: met het oog op