Vertalingen Spice EN>NL
1 a usually strong-smelling, sharp-tasting vegetable substance used to flavour food (eg pepper or nutmeg): “We added cinnamon and other spices.”specerij2 anything that adds liveliness or interest: “Her arrival added spice to the party.”levendigheidto flavour with spice: “The curry had been heavily spiced.”kruidenspiced (Bijvoeglijk naamwoord)containing spice(s): “The dish was heavily spiced.”gekruid'spicy (Bijvoeglijk naamwoord)tasting or smelling of spices: “a spicy cake”kruidig'spiciness (Zelfstandig naamwoord)kruidigheid© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
to spice | kruiden (ww.) ; kruiden toevoegen (ww.) ; kruiderij (ww.) ; marineren (ww.) ; smaakmaker (ww.) ; specerij (ww.) ; toebereiden (ww.) |
the spice | het kruid |
SPICE (Afkorting) | SPICE (Afkorting) |
Spice | spice |
Bronnen: interglot; Wakefield genealogy pages; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `Spice`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
EN: herb