a class, type or kind: “I like all sorts of books”
soort
to separate into classes or groups, putting each item in its place: “She sorted the buttons into large ones and small ones.”
sorteren

'sorter (Zelfstandig naamwoord)

a person or machine that separates and arranges, especially letters, postcards etc.
sorteerder, sorteermachine

of a sort / of sorts

of a (usually poor) kind: “She threw together a meal of sorts but we were still hungry afterwards.”
een of ander

out of sorts

1 slightly unwell: “I felt a bit out of sorts after last night's heavy meal.”
onwel

2 not in good spirits or temper: “He's been a little out of sorts since they told him to stay at home.”
uit zijn humeur

sort of

rather; in a way; to a certain extent: “He was sort of peculiar!”
een beetje

sort out

1 to separate (one lot or type of) things from a general mixture: “I'll try to sort out some books that he might like.”
uitzoeken

2 to correct, improve, solve etc: “You must sort out your business affairs.”
in orde brengen

3 to attend to, usually by punishing or reprimanding: “I'll soon sort you out, you evil little man!”
te pakken krijgen
© K Dictionaries Ltd.

to sort	genre (ww.) ; rangschikken (ww.) ; scheiden (ww.) ; schiften (ww.) ; slag (ww.) ; soort (ww.) ; sorteren (ww.) ; type (ww.) ; uitzoeken (ww.) ; voorsorteren (ww.)
sort	aard ; sorteren

Bronnen: interglot; Vlietstra; Wakefield genealogy pages; Download IATE, European Union, 2017.




EN: all sorts of NL: allerlei
EN: all sorts and conditions of men NL: mensen van allerlei slag
EN: a good sort NL: een goede vent
EN: he is a bad sort NL: hij deugt niet
EN: he's not my sort NL: ik moet 'm niet
EN: nothing of the sort NL: geen kwestie van
EN: a meal of sorts NL: schamele maaltijd
EN: a writer of some sort NL: een soort (van) schrijver
EN: it's sort of moist NL: 't lijkt wel vochtig NL: 't is wat vochtig, geloof ik
EN: he sort of refused NL: hij weigerde zo'n beetje
EN: out of sorts NL: niet lekker NL: uit zijn humeur NL: verdrietig
EN: sort out NL: uitzoeken, sorteren
EN: sort with NL: passen bij
EN: you're well sorted NL: jullie passen goed bij elkaar