Vertalingen number EN>NL
1 (sometimes abbreviated tono †“ pluralnos †“ when written in front of a figure) a word or figure showing eg how many of something there are, or the position of something in a series etc: “Seven was often considered a magic number”nummer2 a (large) quantity or group (of people or things): “He has a number of records”aantal3 one issue of a magazine: “the autumn number.”nummer4 a popular song or piece of music: “He sang his most popular number.”nummer, liedje1 to put a number on: “He numbered the pages in the top corner.”nummeren2 to include: “He numbered her among his closest friends.”rekenen3 to come to in total: “The group numbered ten.”tellen'numberless (Bijvoeglijk naamwoord)very many.ontelbaar'number-plate (Zelfstandig naamwoord)one of the metal plates carried on the front and back of a motor vehicle showing the registration number of the vehicle.nummerbordhis etc days are numberedhe etc won't last much longer.zijn dagen zijn geteldwithout numbervery many: “I've told him times without number (= very often) not to do that.”ontelbaar a number of, meaning 'several', is plural: A number of boys are absent today.
the number of, meaning 'the total quantity of' is singular: The number of girls in the class is small.
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
to number | aantal (ww.) ; volgnummer (ww.) ; rangnummer (ww.) ; rangcijfer (ww.) ; quantum (ww.) ; nummeren (ww.) ; numero (ww.) ; kwantum (ww.) ; kwantiteit (ww.) ; het getal ; cijfer (ww.) |
the number | het nummer ; de hoeveelheid (v) |
number (Afkorting) | nummer (Afkorting) ; no. (Afkorting) |
number | datum ; tal ; referentienummer ; nummer ; item ; huisnummer ; getalvoorstelling |
Bronnen: interglot; Wakefield genealogy pages; Download IATE, European Union, 2017.; Vlietstra
Voorbeeldzinnen met `number`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
EN: cipherEN: digitEN: figureEN: numeralEN: sizeUitdrukkingen en gezegdes
EN: numbers
NL: noten NL: verzen NL: getal(sterkte)EN: numbers game
NL: roulette (gokspel)EN: he takes care of (looks after)
number one
NL: hij zorgt eerst voor z. zelfEN: number one (two)
NL: (sl.) kleine (grote) boodschapEN: I've got your
number
NL: (spreektaal) ik doorzie je welEN: by force of
numbers
NL: door overmachtEN: published in
numbers
NL: in afleveringenEN: he is one of our
number
NL: hij is een van ons, der onzenEN: to the
number of ten
NL: ten getale van 10, 10 in getalEN: without
number
NL: talloos NL: back number oud nummer van een krant NL: (figuurlijk) ouderwets iemandEN: his
number is up
NL: hij is geruïneerd, overleden