Vertalingen joint EN>NL
1 the place where two or more things join: “The plumber tightened up all the joints in the pipes.”verbindingsstuk2 a part of the body where two bones meet but are able to move in the manner of eg a hinge: “The shoulders, elbows, wrists, hips, knees and ankles are joints.”gewricht3 a piece of meat for cooking containing a bone: “A leg of mutton is a fairly large joint.”braadstuk1 united; done together: “the joint efforts of the whole team.”gezamenlijk2 shared by, or belonging to, two or more: “She and her husband have a joint bank account.”gezamenlijkto divide (an animal etc for cooking) at the, or into, joints: “Joint the chicken before cooking it.”in stukken snijden'jointed (Bijvoeglijk naamwoord)1 having (especially movable) joints: “a jointed doll.”gewricht2 (of an animal etc for cooking) divided into joints or pieces: “a jointed chicken.”in stukken gesneden'jointly (Bijwoord)together: “They worked jointly on this book.”samenout of joint(of a limb etc) not in the correct place; dislocated: “He put his shoulder out of joint when he moved the wardrobe.”ontwricht see also join.
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
to joint | gladschaven (ww.) |
the joint | de draai (m) ; de geleding (v) ; het gelid ; het gewricht ; de gewrichtsknobbel (m) ; de kink (m) ; knook (Vlaams) ; knoop ; de kronkel (m) ; de las ; de lasnaad (m) ; de lus ; het stickie ; de verbinding (v) ; de knoop (m) |
joint | verbinding van beenderen ; aaneengesloten ; algemeen ; een eenheid vormend ; gemeenschappelijk ; lusvormige kromming ; meer personen betreffend ; rij manschappen ; samenhangend ; verbinding van lichaamsdelen ; verbonden ; verenigd ; welnaad ; verenigen ; voegvulling ; voeg ; vloeinaad ; gewricht ; koppeling in de zin van koppelstuk ; kneep ; kloof ; joint ; hulpstuk ; gietnaad ; gezamenlijke ; gezamenlijk ; koppeling tussen twee assen ; diaklaas ; collectief ; bouwnaad ; articulatie ; afdichting in naad ; aansluiting ; aanbrengen van voegen ; aan elkaar grenzend ; las ; lid ; naad ; pakking ; riempje ; scharnier ; scheur ; soldeer spleet ; soldeervoeg ; spoorstaaflas ; stengelknoop ; stickie ; verbinden in de zin van verenigen ; verbinding ; verbinding in de zin van koppeling |
Bronnen: Tecdic.com; interglot; KNNV Botanical glossary; Vlietstra; Autowoordenboek; Download IATE, European Union, 2017.; Antiquarian Dictionary; Wikipedia; Wakefield genealogy pages; MWB
Voorbeeldzinnen met `joint`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
EN: amalgamatedEN: cohesiveEN: collectiveEN: combinedEN: commonEN: communalEN: integratedEN: mutualEN: pooledEN: reciprocalUitdrukkingen en gezegdes
EN: consultative committee
NL: ondernemingsraadEN: clip
joint
NL: (sl.) dure nachtclubEN: out of
joint
NL: ontwricht (ook figuurlijk)