Vertaal
Naar andere talen: • jaw > DEjaw > ESjaw > FR
Vertalingen jaw EN>NL

1 either of the two bones of the mouth in which the teeth are set: “the upper/lower jaw”
kaak

2 (in plural) the mouth (especially of an animal): “The crocodile's jaws opened wide.”
bek
© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
to jaw zwetsen (ww.) ; zwammen (ww.) ; lullen (ww.)
the jawde prietpraat (m) ; de leuterpraat (m) ; de kaak (v) ; het geroddel ; het geklets ; het gebazel
jaw vangmuil ; bek van steeksleutel ; Pinus silvestris ; klemplaat ; klem ; klauw van koppeling ; klauw ; kakement ; inspanklem ; grove den
Bronnen: interglot; Wakefield genealogy pages; Download IATE, European Union, 2017.; Autowoordenboek; Vlietstra


Voorbeeldzinnen met `jaw`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
EN: cheek
EN: chin
EN: gibberish
EN: jowl
EN: mouth

Uitdrukkingen en gezegdes
EN: jaws NL: bek (v.bankschroef etc.) NL: (spreektaal) geklets NL: standje
EN: hold your jaw NL: houd je snater
EN: pi jaw NL: (sl.) vroom gepraat