Vertaal
Naar andere talen: • irony > DEirony > ESirony > FR
Vertalingen irony EN>NL

1 a form of deliberate mockery in which one says the opposite of what is obviously true.
ironie

2 seeming mockery in a situation, words etc: “The irony of the situation was that he stole the money which she had already planned to give him.”
ironie

ironic(al) (Bijvoeglijk naamwoord)

ironisch

i'ronically (Bijwoord)

ironisch
© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
the ironyde bespotting (v) ; gespot (znw.) ; de ironie (v) ; het sarcasme ; de spot (m) ; de spotternij (v)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `irony`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
EN: cynicism
EN: derision
EN: disdain
EN: dryness
EN: mockery
EN: sarcasm
EN: scorn
EN: underestimation
EN: Zelfst. Naamw.