Vertaal
Naar andere talen: • instrument > DEinstrument > ESinstrument > FR
Vertalingen instrument EN>NL

1 a tool, especially if used for delicate scientific or medical work: “medical/surgical/mathematical instruments.”
instrument

2 (alsomusical instrument) an apparatus for producing musical sounds: “He can play the piano, violin and several other instruments.”
instrument

'instru'mental (Bijvoeglijk naamwoord)

performed on, or written for, musical instrument(s) rather than voices: “She likes instrumental music.”
instrumentaal

'instru'mentalist (Zelfstandig naamwoord)

a person who plays a musical instrument: “There are three instrumentalists and one singer in the group.”
instrumentalist
© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
to instrument instrumenteren (ww.)
the instrumenthet instrument ; het muziekinstrument
instrument akte ; apparaat ; autonoom besluit ; instrument ; instrumentarium ; meetgereedschap ; rechtsbeslissing ; rechtshandeling ; vlieginstrument ; werktuig
Bronnen: Vlietstra; Wakefield genealogy pages; MWB; Download IATE, European Union, 2017.; Autowoordenboek


Voorbeeldzinnen met `instrument`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
EN: apparatus
EN: contrivance
EN: device
EN: gizmo
EN: implement
EN: means
EN: utensil