Vertalingen false EN>NL
1 not true; not correct: “He made a false statement to the police.”vals2 not genuine; intended to deceive: “She has a false passport.”vals3 artificial: “false teeth.”vals4 not loyal: “false friends.”vals'falsehood (Zelfstandig naamwoord)(the telling of) a lie: “She is incapable of (uttering a) falsehood.”onwaarheid'falsify (Werkwoord)to make false: “He falsified the accounts.”vervalsen'falsifi'cation (Zelfstandig naamwoord)vervalsing'falsity (Zelfstandig naamwoord)valsheidfalse alarma warning of something which in fact does not happen.vals alarmfalse startin a race, a start which is declared not valid and therefore has to be repeated.valse start© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
false | slecht ; leugenachtig ; listig ; met slechte intentie ; mis ; nagemaakt ; niet echt ; onecht ; onjuist ; onwaar (bnw.) ; onwaarachtig ; leep ; slinks ; sluw ; snood ; stiekem ; ten onrechte ; uitgekookt ; vals ; verachtelijk ; verkeerd (bnw.) ; laag ; achterbaks ; bedriegelijk ; doortrapt ; ernaast ; fout ; foutief ; gefingeerd ; gehaaid ; gemeen ; geniepig ; geraffineerd ; geslepen ; gewiekst ; gluiperig ; kwaadwillig ; bedrieglijk ; vervalst ; loos ; dubbelhartig |
Bronnen: interglot; Wakefield genealogy pages
Voorbeeldzinnen met `false`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
EN: baselessEN: bogusEN: counterfeitEN: deceptiveEN: erroneousEN: fakeEN: fallaciousEN: fictionalEN: fictitiousEN: forgedUitdrukkingen en gezegdes
EN: false alarm
NL: loos alarmEN: play a man
false
NL: iemand bedriegen