Vertalingen escape EN>NL
1 to gain freedom: “He escaped from prison.”ontsnappen2 to manage to avoid (punishment, disease etc): “She escaped the infection.”mislopen3 to avoid being noticed or remembered by; to avoid (the observation of): “The fact escaped me / my notice”ontgaan4 (of a gas, liquid etc) to leak; to find a way out: “Gas was escaping from a hole in the pipe.”ontsnappen(act of) escaping; state of having escaped: “Make your escape while the guard is away”ontsnappinge'scapism (Zelfstandig naamwoord)the tendency to escape from unpleasant reality into day-dreams etc.escapismee'scapist (Zelfstandig naamwoord), adjective.escapist© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
to escape | ontlopen (ww.) ; zich vrijmaken (ww.) ; wegvluchten (ww.) ; wegrennen (ww.) ; weglopen (ww.) ; wegkomen (ww.) ; vluchten (ww.) ; uitwijken (ww.) ; ontwijken (ww.) ; ontvluchten (ww.) ; ontvallen (ww.) ; ontsnappen aan (ww.) ; ontsnappen (ww.) ; ontschieten (ww.) ; ontkomen (ww.) ; ontglippen (ww.) ; ontgaan (ww.) |
the escape | de vlucht ; uitbreken (znw.) ; de uitbraak ; de ontvluchting (v) ; de ontsnapping (v) |
escape | ESC (Afkorting) ; wisselteken ; nooduitlaat ; noodoverlaat ; Esc toets |
Bronnen: interglot; Vlietstra; Wakefield genealogy pages; Download IATE, European Union, 2017.; TU-Delft-Hydraulic-Engineering-Glossary; kde.nl/node/386
Voorbeeldzinnen met `escape`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
EN: avoidEN: dodgeEN: evadeEN: exitEN: get away fromEN: hurried departureEN: retreat