Vertalingen contractor EN>NL
the contractor | de aannemer (m) ; de bouwer (m) ; de bouwondernemer (m) ; de sluitspier ; de trekspier |
contractor | aannemer ; loonatelier ; opdrachtnemer ; toeleverancier ; uitvoerder |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.; A.M.T.S.; Annex31; Autowoordenboek; Vlietstra
Voorbeeldzinnen met `contractor`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
EN: building contractor