Vertaal
Naar andere talen: • anger > DEanger > ESanger > FR
Vertalingen anger EN>NL
a violent, bitter feeling (against someone or something): “He was filled with anger about the way he had been treated.”
woede
to make someone angry: “His words angered her very much.”
boos maken

'angry (Bijvoeglijk naamwoord)

1 feeling or showing anger: “He was so angry that he was unable to speak”
boos

2 red and sore-looking: “He has an angry cut over his left eye.”
ontstoken

'angrily (Bijwoord)

boos

angry at something: We were angry at the delay.
angry with someone: He is angry with his sister.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
to anger ergeren (ww.) ; gramschap (ww.) ; irriteren (ww.) ; op de zenuwen werken (ww.) ; razernij (ww.) ; verstoren (ww.) ; vertoornen (ww.) ; woede (ww.)
the angerde boosheid (v) ; de giftigheid (v) ; de kwaadheid (v) ; de toorn (m) ; de verbolgenheid (v) ; de verstoordheid (v)
Bronnen: interglot; Wakefield genealogy pages


Voorbeeldzinnen met `anger`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
EN: upset