Vertaal
Naar andere talen: • zerbröckeln > ENzerbröckeln > ESzerbröckeln > FR
Vertalingen zerbröckeln DE>NL
zerbröckeln (ww.) brokkelen (ww.) ; kruimelen (ww.) ; uit elkaar vallen (ww.) ; verbrokkelen (ww.) ; verkruimelen (ww.)
Bronnen: interglot; Wikipedia; Horecagids

Voorbeeldzinnen met `zerbröckeln`
Voorbeeldzinnen laden....