Vertalingen vögeln DE>NL
vögeln
werkw.
mit jemandem Sex haben -
neuken Hat er dich / mit dir gevögelt? - Heeft hij je / met je geneukt? |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
vögeln (ww.) | geslachtsgemeenschap hebben (ww.) ; naaien (ww.) ; neuken (ww.) ; paren (ww.) ; vozen (ww.) ; vrijen (ww.) |
Bronnen: interglot; WikipediaVoorbeeldzinnen met `vögeln`

Voorbeeldzinnen laden....