Vertalingen verhüllen DE>NL
verhüllen (ww.) | bedekken (ww.) ; bemantelen (ww.) ; hullen (ww.) ; inhullen (ww.) ; maskeren (ww.) ; omhullen (ww.) ; verhullen (ww.) ; versluieren (ww.) ; zwachtelen (ww.) |
Bron: interglotVoorbeeldzinnen met `verhüllen`

Voorbeeldzinnen laden....