| Uitspraak: | [ˈʊnfal] |
| Verbuigingen: | Unfall(e)s , Unfälle |
| bei einem Autounfall ums Leben kommen - bij een auto-ongeluk om het leven komen einen Unfall haben / verursachen - een ongeluk hebben / veroorzaken Unfallopfer - slachtoffer van een ongeval |
Voorbeeldzinnen laden....