Vertalingen sichzanken DE>NL
sichzanken (ww.) | argumenteren (ww.) ; disputeren (ww.) ; kiften (ww.) ; kijven (ww.) ; krakelen (ww.) ; redetwisten (ww.) ; ruzie maken (ww.) ; ruziën (ww.) ; twisten (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `sichzanken`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: argumentierenDE: debattierenDE: keifenDE: scheltenDE: schimpfenDE: sichstreitenDE: streitenDE: zanken