1. MWB
  2. Vertalen
  3. Sendung (DE>NL)
Vertaal
Naar andere talen: • Sendung > EN • Sendung > ES • Sendung > FR
Vertalingen Sendung DE>NL

die Sendung

zelfst.naamw.
Uitspraak:  [ˈzɛndʊŋ]
Verbuigingen:  Sendung , Sendungen

1) in sich abgeschlossener Teil des Programms - uitzending
sich eine Tiersendung / Kindersendung ansehen - een dierenuitzending / kinderuitzending bekijken

2) etw. mit der Post Verschicktes - zending
eine Sendung erhalten - een zending ontvangen

3) Vorgang des Sendens - versturen
Die Sendung der Ware ist bereits erfolgt. - De goederen zijn al verstuurd.

4) wichtige Aufgabe - missie
Sendungsbewusstsein - bewust van de missie

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
die Sendungde missie (v) ; zending met speciale opdracht (znw.) ; het zenden ; wijdverspreid ; de uitzending (v) ; de uitlevering (v) ; de toezending (v) ; de roeping (v) ; het radioprogramma ; de radio-uitzending (v) ; het programma ; de levering (v) ; de leverantie (v) ; het zenden (znw.) ; geleverde (znw.) ; de bezorging (v) ; de aflevering (v) ; de afgifte (v)
Sendung partij ; zending ; uitzending
Bronnen: interglot; Wikipedia; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `Sendung`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: Ablieferung
DE: absenden
DE: Absendung
DE: Aufgabe
DE: Auftrag
DE: Ausstrahlung
DE: Berufung
DE: Besorgung
DE: Bestellung
DE: Delegation