Vertalingen Nadelöhr DE>NL
das Nadelöhr
zelfst.naamw.
| Uitspraak: | [ˈnaːdəl|øːɐ] |
| Verbuigingen: | Nadelör(e)s , Nadelöre |
1) Loch am Nadelende, durch das man den Faden zieht -
oog van een naald 2) sehr schmale Stelle -
knelpunt | Die Brücke ist ein Nadelöhr für den Verkehr. - De brug is een knelpunt voor het verkeer. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
Bron: interglotVoorbeeldzinnen met `Nadelöhr`
Voorbeeldzinnen laden....
