Vertaal
Naar andere talen: • halbieren > ENhalbieren > EShalbieren > FR
Vertalingen halbieren DE>NL

halbieren

werkw.
Uitspraak:  [halˈbiːrən]

1) in zwei gleiche Teile schneiden - halveren

2) in zwei gleiche Teile teilen - halveren

3) um die Hälfte reduzieren - halveren
die Preise halbieren - de prijzen halveren
Unsere Kosten haben sich halbiert. - Onze kosten zijn gehalveerd.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
halbieren (ww.) halveren (ww.) ; in tweeën delen (ww.) ; in tweeën hakken (ww.) ; middendoor snijden (ww.)
Bron: interglot

Voorbeeldzinnen met `halbieren`
Voorbeeldzinnen laden....