Vertalingen Fleischer DE>NL
Ia der Fleischer
zelfst.naamw.
Uitspraak: | [ˈflaiʃɐ] |
Verbuigingen: | Fleischers , Fleischer |
Ib die Fleischerin
zelfst.naamw.
Uitspraak: | [ˈflaiʃərɪn] |
Verbuigingen: | Fleischerin , Fleischerinnen |
jd, der beruflich Tiere schlachtet, verarbeitet (und verkauft) -
slager II die Fleischerei
zelfst.naamw.
Uitspraak: | [flaiʃəˈrai] |
Verbuigingen: | Fleischerei , Fleischereien |
deel van de uitdrukking: slagerij © K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
der Fleischer | de beenhouwer (m) ; de slachter (m) ; de slager (m) ; de slagers ; de vleeshouwer (m) |
Fleischer | beenhouwer ; slager |
Bronnen: Wikipedia; interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `Fleischer`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: FleischhauerDE: MetzgerDE: Schlachter