Vertalingen eiskalt DE>NL
I eiskalt
bijv.naamw.
1) sehr kalt -
ijskoud Draußen war es eiskalt. - Daarbuiten was het ijskoud. |
jemandem wird eiskalt (=jemanden überkommt große Angst) - huiveren
Ihm wurde eiskalt bei dem Gedanken, dass ihr etwas zugestoßen sein könnte. - Hij huiverde bij de gedachte dat haar iets zou zijn overkomen.
|
2) ohne Gefühle wie Mitleid o. Ä. -
ijskoud Der Blick, mit dem er mich bedachte, war eiskalt. - De blik waarmee hij mij bekeek was ijskoud. |
II eiskalt
bijwoord
deel van de uitdrukking: ijskoud jemanden eiskalt ermorden / abservieren - iemand ijskoud vermoorden / opruimen |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
eiskalt | bitterkoud ; brutaal ; hondsbrutaal ; ijskoud ; ijzig ; onder nul ; steenkoud ; stervenskoud ; vriezend ; vrijpostig ; gekoeld |
Bronnen: interglot; Horecagids
Voorbeeldzinnen met `eiskalt`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: abgebrühtDE: abgeklärtDE: ausgeglichenDE: beherrschtDE: brutalDE: coolDE: dreistDE: eisigDE: flegelhaftDE: frech