1. MWB
  2. Vertalen
  3. erben (DE>NL)
Vertaal
Naar andere talen: • erben > EN • erben > ES • erben > FR
Vertalingen erben DE>NL

erben

werkw.
Uitspraak:  [ˈɛrbən]

1) nach jds Tod bekommen - erven
Sie hat von ihrer Großtante ein Haus geerbt. - Zij heeft van haar groottante een huis geërfd.

2) von Vater oder Mutter haben - erven
Die blonden Locken hat er von seiner Mutter geerbt. - De blonde lokken heeft hij van zijn moeder (geërfd).

3) von jemandem bekommen, der es nicht mehr braucht - erven
Die Schlittschuhe erbe ich immer von meinem Bruder. - De schaatsen erf ik altijd van mijn broer.
uitdrukking Da gibt es nichts zu erben.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
erben (ww.) erven (ww.)
erben erfgenaam zijn ; vererven
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `erben`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: beerben
DE: erben von