Vertalingen eineinhalb DE>NL
eineinhalb
telwoord
Uitspraak: | [ˈain|ainˈhalp] |
ein und ein halber / halbes, eine halbe -
anderhalf Sie hat eineinhalb Scheiben Brot gegessen. - Zij heeft anderhalve boterham gegeten. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
Bron: WikipediaVoorbeeldzinnen met `eineinhalb`

Voorbeeldzinnen laden....