Vertalingen durchkommen DE>NL
durchkommen
werkw.
1) durch einen Ort fahren oder gehen -
erdoor komen Auf dem Rückweg kamen wir durch Heidelberg durch. - Op de terugweg kwamen we door Heidelberg. |
2) trotz Hindernissen sein Ziel erreichen -
slagen Nur wenige Flüchtlinge kamen bis zur Grenze durch. - Maar enkele vluchtelingen slaagden erin tot aan de grens te komen. |
3) durch etw. Behinderndes, Schützendes dringen -
erdoor komen Am Nachmittag kam doch noch die Sonne durch. - In de namiddag kwam toch nog de zon door. |
4) eine Telefonverbindung bekommen -
erdoor komen Ich versuche seit Stunden, die Hotline anzurufen, aber ich komme nicht durch. - Ik probeer al uren om de hotline te bellen maar ik kom er niet door. |
5) eine Prüfung oder Klasse bestehen, erfolgreich sein -
slagen Alle Schüler bis auf einen sind durchgekommen. - Alle scholieren op een na zijn geslaagd. |
6) Erfolg haben -
slagen Damit wirst du bei ihm nicht durchkommen. - Daarmee zal je bij hem niet slagen. |
7) überleben -
erdoor komen Das Frühgeborene war zu schwach und ist nicht durchgekommen. - De vroeggeboren was te zwak en heeft het niet gehaald. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
durchkommen (ww.) | doorkomen (ww.) ; erdoor komen (ww.) |
durchkommen | doorkomen ; slagen |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `durchkommen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: bestehenDE: ein Diplom erwerbenDE: ein Studium abschließenDE: ein Studium absolvieren