Vertalingen dich DE>NL
I dich
pronoun
deel van de uitdrukking: II zich dich
pronoun
deel van de uitdrukking: je, jou Hast du dich gut erholt? - Ben je goed uitgerust? |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
dich | je ; jij ; jou ; jouw |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `dich`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: deinDE: du