Vertalingen Bereitschaft DE>NL
die Bereitschaft
zelfst.naamw.
| Uitspraak: | [bəˈraitʃaft] |
| Verbuigingen: | Bereitschaft , Bereitschaften |
1) die psychische Einstellung, zu etw. bereit zu sein -
bereidwilligheid | seine mangelnde Bereitschaft, Risiken einzugehen - zijn ontbrekende bereidwilligheid om risico's aan te gaan |
2) das Vorbereitetsein auf einen Alarm usw. -
gereedheid , paraatheid Wie viele Feuerwehrleute stehen für den Ernstfall in Bereitschaft? - Hoeveel brandweermannen staan paraat in geval van nood?
Bereitschaftsdienst - bereikbaarheidsdienst |
 Bereitschaft haben
(=als Arzt, Polizist, Feuerwehrmann usw. für einen Notfall dienstbereit sein) - bereikbaarheidsdienst
|
3) eine Gruppe von Sanitätern, Polizisten, Feuerwehrleuten o. Ä., die gerade Bereitschaft haben -
gereedheid , paraatheid | den Bereitschaftsarzt rufen - de dienstdoende arts bellen |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| die Bereitschaft | de bereidheid (v) ; de bereidwilligheid (v) ; de gereedheid (v) ; de gewilligheid (v) ; de paraatheid (v) |
| Bereitschaft | koude standby ; luchtwaardigheid ; vlieggereedheid |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `Bereitschaft`
Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: WilligkeitUitdrukkingen en gezegdes
DE: etwas in
Bereitschaft haben
NL: iets bij de hand hebbenDE: in
Bereitschaft stehen
NL: klaar staan
