Vertaal
Naar andere talen: • aufstapeln > ENaufstapeln > ESaufstapeln > FR
Vertalingen aufstapeln DE>NL
aufstapeln (ww.) op elkaar stapelen (ww.) ; op elkaar zetten (ww.) ; opeenhopen (ww.) ; opstapelen (ww.)
das Aufstapelnhet ophopen ; het stapelen
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `aufstapeln`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: stapeln