Uitspraak: | [aˈgɛnt] |
Verbuigingen: | Agenten , Agenten |
Uitspraak: | [aˈgɛntɪn] |
Verbuigingen: | Agentin , Agentinnen |
einen feindlichen Agenten entlarven - een spion van de vijande ontmaskeren |
Sein Agent handelte für ihn einen guten Vertrag aus. - Zijn agent heeft voor hem een goed contract geregeld. |