Vertalingen Zugvogel DE>NL
der Zugvogel
zelfst.naamw.
| Uitspraak: | [ˈʦuːkfoːgəl] |
| Verbuigingen: | Zugvogels , Zugvögel |
Vogel, der den Winter in warmen Regionen verbringt dierkunde -
trekvogel | Stare sind Zugvögel. - Spreeuwen zijn trekvogels. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| der Zugvogel | de trekvogel (m) |
| Zugvogel | trekvogel ; trekvogels |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.Voorbeeldzinnen met `Zugvogel`

Voorbeeldzinnen laden....