Vertalingen Umsteigen DE>NL
umsteigen
werkw.
1) von einem Fahrzeug in / auf ein anderes wechseln -
overstappen Sie musste auf ihrer Fahrt zweimal umsteigen. - Zij moest tijdens haar reis tweemaal overstappen. vom Bus in den Zug umsteigen - overstappen van de bus op de trein |
2) deel van de uitdrukking: auf etw. umsteigen (=von einer Sache zur anderen wechseln) - overstappen
Er stieg nach drei Gläsern Bier auf Wasser um. - Hij stapte na drie glazen bier over op water.
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
das Umsteigen | het overstappen |
Umsteigen | overstappen |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.Voorbeeldzinnen met `Umsteigen`

Voorbeeldzinnen laden....