Vertalingen Spaßmacherei DE>NL
die Spaßmacherei | de canard (m) ; de grap ; de grappenmakerij (v) ; de grappigheid (v) ; de grol ; de kluchtigheid (v) ; de koddigheid (v) ; de kwinkslag (m) ; de scherts ; de snaaksheid (v) ; de vermakelijkheid (v) |
Bron: interglotVoorbeeldzinnen met `Spaßmacherei`

Voorbeeldzinnen laden....