1. MWB
  2. Vertalen
  3. Schluck (DE>NL)
Vertaal
Naar andere talen: • Schluck > EN • Schluck > ES • Schluck > FR
Vertalingen Schluck DE>NL

der Schluck

zelfst.naamw.
Uitspraak:  [ʃlʊk]
Verbuigingen:  Schluck(e)s , Schlucke

1) Menge, die man auf einmal schluckt - slok , teug
einen Schluck Wasser / Tee trinken - een slok water / thee drinken
Sie nahm einen großen Schluck aus der Flasche. - Zij nam een grote teug uit de fles.

2) das Schlucken - slokken
Sie würgte alles mit einem Schluck hinunter. - Zij slokte alles in één teug op.

3) etw. zum Trinken - slok , teug
Trinken wir noch einen Schluck zusammen? - Drinken we nog wat samen?

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
der Schluckde dronk (m) ; kleine slok (znw.) ; het oorlam ; de slok (m) ; het slokje ; de teug
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `Schluck`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: kleiner Schluck
DE: kleinr Schluck
DE: Mundvoll
DE: Zug