1. MWB
  2. Vertalen
  3. Steg (DE>NL)
Vertaal
Naar andere talen: • Steg > EN • Steg > ES • Steg > FR
Vertalingen Steg DE>NL

der Steg

zelfst.naamw.
Uitspraak:  [ʃteːk]
Verbuigingen:  Steg(e)s , Stege

1) kurzer Weg aus Brettern, der ins Wasser gebaut ist - steiger
das Boot am Steg festbinden - de boot aan de steiger vastknopen

2) kleine, schmale Brücke - smalle brug
über einen Steg gehen - over een smalle brug lopen

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
der Stegde vlonder (m) ; de havendam (m) ; het havenhoofd ; de kaai ; de kade ; loopplank ; de pier (m) ; smalle brug (znw.) ; de souspied (m) ; de steiger
STEG (Afkorting) thermo-elektrische zonnecel ; thermo-elektrische cel ; thermo-elektrische (zonne)cel
Steg stootkant ; ziel ; walletje ; voetriempje ; voetbandje ; lijfplaat ; celverbinder ; dam ; elementverbinder ; geul ; inter-kolommarge ; kam ; kern(kabel) ; lijf ; afknotting ; nop ; plaatje ; satellietdrager ; staaf ; stang ; steiger ; stokje ; stokjes
Bronnen: interglot; Wikipedia; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `Steg`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: Anlegestelle
DE: Brücke
DE: Kai
DE: Landungssteg
DE: Viadukt
DE: Überführung
DE: Überspannung