Vertaal
Naar andere talen: • Schielen > ENSchielen > ESSchielen > FR
Vertalingen Schielen DE>NL

schielen

werkw.
Uitspraak:  ʃiːlən]

1) eine falsche Augenstellung haben medisch - scheel kijken , loensen
Er schielt auf dem rechten Auge. - Hij loenst met zijn rechteroog.

2) deel van de uitdrukking:
uitdrukking irgendwohin schielen

3) deel van de uitdrukking:
uitdrukking auf etw. schielen

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
schielen (ww.) loensen (ww.)
Schielen scheelzien ; strabismus
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `Schielen`
Voorbeeldzinnen laden....


Uitdrukkingen en gezegdes
DE: schielend NL: scheel NL: loerend, glurend