Vertalingen Programm DE>NL
das Programm
zelfst.naamw.
Uitspraak: | [proˈgram] |
Verbuigingen: | Programm(e)s , Programme |
1) eine Reihe von Befehlen für einen Computer -
programma ein Computerprogramm installieren / starten - een computerprogramma installeren / starten Textverarbeitungsprogramm - tekstverwerkingsprogramma |
2) festgelegter Ablauf oder Liste von Dingen, die getan werden sollen -
programma das Programm einer Tagung festlegen - het programma vastleggen van een congres Trainingsprogramm - trainingsprogramma |
3) die Abfolge von Fernsehsendungen, Theatervorstellungen o. Ä. theater -
programma etw. aus dem Programm streichen - iets uit het programma strepen Kinoprogramm - filmprogramma Programmdirektor - algemeen directeur commerciële tv |
auf dem Programm stehen (=geplant sein) - op het programma staan
|
4) Heft o. Ä., in dem ein Programm beschrieben wird -
programma ein Programm kaufen - een programma kopen Programmzeitschrift - programmablad |
5) deel van de uitdrukking: radio, tv zender das erste Programm einschalten - de eerste zender inschakelen |
6) Text, in dem eine Partei, Regierung usw. ihre Ziele beschreibt poliek -
programma ein Programm zur Bekämpfung der Kinderarmut - een programma om de kinderarmoede te bestrijden Parteiprogramm - partijprogramma |
7) die Waren, Produkte oder Dienstleistungen, die eine Firma anbietet -
programma ein Produkt aus dem Programm nehmen - een product uit het programma nemen Verlagsprogramm - uitgeversfonds |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
das Programm | het programma |
Programm | bevoegheidsprogramma ; computerprogramma ; Programma ; uitzending |
Bronnen: Trueterm; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `Programm`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: ComputerprogrammDE: FernsehprogrammDE: Radioprogramm