Vertaal
Naar andere talen: • Positiv > ENPositiv > ESPositiv > FR
Vertalingen Positiv DE>NL

I positiv

bijv.naamw.
Uitspraak:  [ˈpoːzitiːf]

1) zustimmend, etw. bestätigend, genehmigend o. Ä. - positief

2) gut, vorteilhaft - positief
Ich finde es positiv, dass endlich Klarheit herrscht. - Ik vind het positief dat er eindelijk duidelijkheid is.

3) einen Verdacht bestätigend medisch - positief
HIV-positiv sein - hiv-positief zijn

4) größer als null wiskunde - positief


II positiv

bijwoord

1) deel van de uitdrukking: positief
Ich stehe der Sache positiv gegenüber. - Ik sta positief tegenover de zaak.

2) deel van de uitdrukking: positief
sich positiv auf etw. auswirken - positief op iets uitwerken

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
positiv batig ; positief ; positief ; positieve afdruk ; positieve matrijs
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `Positiv`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: affirmativ
DE: beifällig
DE: bejahend
DE: bestätigend
DE: günstig
DE: zustimmend