Vertalingen Kommunikation DE>NL
I die Kommunikation
zelfst.naamw.
| Uitspraak: | [kɔmunikaˈʦjoːn] |
| Verbuigingen: | Kommunikation , Kommunikationen |
Verständigung mit anderen mithilfe von Sprache, Gesten usw. -
communicatie Die Kommunikation zwischen uns war gestört. - De communicatie tussen ons was verstoord.
Kommunikationsmittel - communicatiemiddel |
II kommunizieren
werkw.
| Uitspraak: | [kɔmuniˈʦiːrən] |
1) deel van de uitdrukking: communiceren | Wir kommunizieren fast nur noch per Telefon miteinander. - Wij communiceren bijna alleen telefonisch met elkaar. |
2) deel van de uitdrukking: communiceren | Es fällt ihm schwer, seine Gefühle und Gedanken zu kommunizieren. - Hij vindt het moeilijk om zijn gevoelens en gedachten te bespreken. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| die Kommunikation | de communicatie (v) |
| Kommunikation | communicatie ; communicatiefunctie |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `Kommunikation`
Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: KontaktDE: UmgangDE: Verkehr
